Zijn kernrampen gevaarlijk?

De volgende gastbijdrage is van Joris van Dorp, actief voor RePlanet, maar gepubliceerd op persoonlijke titel op zijn blog. Dit stuk is een directe vertaling met zeer minimale stilistische aanpassingen. Wil je ook een bijdrage insturen of reageren op dit stuk? Neem contact met ons op!

Kernrampen worden over het algemeen als zeer onwaarschijnlijk, maar ook als zeer gevaarlijk beschouwd.

Maar hoe gevaarlijk zijn ze eigenlijk?

Beeld van een van de beschadigde reactorgebouwen in de kerncentrale van Fukushima Daiichi.

In dit artikel zal ik aan de hand van de wetenschap aantonen dat de stralingsgevolgen van kernrampen voor de volksgezondheid niet gevaarlijker zijn dan de gevolgen van een meer bekend risico: luchtverontreiniging.

NRC

Onze eerste stop is de United States Nuclear Regulatory Commission (NRC), informeel bekend als de internationale “gouden standaard” van nucleaire veiligheidsregulering en toezicht.

Het is de strengste toezichthouder ter wereld, dus laten we eens kijken wat die te zeggen heeft over de gevolgen van een ernstige kernramp voor de volksgezondheid.

De NRC heeft de gevolgen van ongevallen grondig bestudeerd in het SOARCA-project van 2007, en hier is een samenvatting van wat het heeft gevonden:

Bestaande middelen en procedures kunnen een ongeval stoppen, vertragen of de gevolgen ervan verminderen voordat het de volksgezondheid kan aantasten;

Zelfs als ongelukken ongecontroleerd doorgaan, duurt het veel langer voordat ze gebeuren en komt er veel minder radioactief materiaal vrij dan uit eerdere analyses bleek; en

De geanalyseerde ongevallen zouden vrijwel geen directe doden veroorzaken en slechts een zeer, zeer kleine toename van het risico op kankersterfte op lange termijn.

Dus eigenlijk, volgens de NRC, zou een ernstige nucleaire ramp weinig of geen schade toebrengen aan de volksgezondheid.

Dat is goed om te weten – en heel anders dan wat de meeste mensen denken als ze de woorden “kernramp” horen – maar laten we hier wat meer over nadenken. De conclusie van de NRC dat een kernramp “geen schade” veroorzaakt, veronderstelt dat mensen uiteindelijk worden verplaatst uit de buurt van gebieden die het meest zijn besmet door radioactieve neerslag. Maar hoe zit het met het milieu in die gebieden? En hoe zit het met mensen die niet kunnen of willen verhuizen? Hoe zit het met de economische kosten van verplaatsing? Zelfs als kernrampen niet echt schadelijk zijn voor mensen, maar wel tot gevolg hebben dat land onbewoonbaar wordt, is dat nog steeds een zeer slechte zaak!

Wat we echt willen weten is wat de gevolgen van een kernramp zijn als mensen in de radioactieve fall-outzone niet worden verplaatst, toch?

NREFS

Gelukkig kunnen we putten uit de bevindingen van een recente baanbrekende kwantitatieve studie over precies deze vraag, uitgevoerd door een groep universiteiten in het Verenigd Koninkrijk: het NREFS-project (Management of Nuclear Risk Issues: Environmental, Financial and Safety). Dat onderzoek is in 2017 afgerond en de resultaten zijn als volgt samengevat:

Het onderzoek heeft aangetoond dat het risico na een groot nucleair ongeval kleiner is dan bijna iedereen zich realiseerde, een resultaat dat de manier waarop mensen over kernenergie denken fundamenteel kan veranderen. De levensverwachting die verloren gaat door blootstelling aan straling na zelfs het grootste kernongeval kan klein worden gehouden, terwijl het neerwaartse risico zelfs bij afwezigheid van tegenmaatregelen beperkt is.

Dat onderzoek bevestigt dus de eerdere NRC-bevindingen, maar het verduidelijkt verder:

Massale volksverhuizing is een slechte reactie gebleken op een groot kernongeval: verplaatsing is een optie waarvan regeringen spaarzaam of zelfs helemaal geen gebruik moeten maken.

In wezen heeft de studie objectief en kwantitatief kunnen vaststellen dat het verplaatsen van mensen uit de fall-outzone van een kernongeval doorgaans meer kwaad dan goed doet, namelijk omdat:

De NREFS-resultaten laten zien dat de levensverwachting die verloren gaat door blootstelling aan straling na een groot nucleair ongeval klein kan worden gehouden door het nemen van verstandige tegenmaatregelen, terwijl het neerwaartse risico minder groot is dan algemeen wordt aangenomen, zelfs bij het ontbreken daarvan. Bijna driekwart van de 116.000 burgers die na het ongeval van Tsjernobyl werden verplaatst, zouden minder dan 9 maanden levensverwachting per persoon hebben verloren indien zij ter plaatse waren gebleven, en slechts 6% zou meer dan 3 jaar levensverwachting hebben verloren. Geen van beide cijfers is onbeduidend, maar beide zijn vergelijkbaar met de verschillen in levensverwachting als gevolg van de verschillende dagelijkse risico’s die samenhangen met het wonen in verschillende delen van het VK. Achteraf gezien is het duidelijk dat teveel mensen zijn verplaatst na de ongevallen in Tsjernobyl en Fukushima Daiichi. Saneringsmethoden kunnen vaak kosteneffectief zijn, maar verplaatsing van grote aantallen mensen na een groot nucleair ongeval brengt zijn eigen risico’s voor gezondheid en welzijn met zich mee en moet spaarzaam worden toegepast, een boodschap die uit alle drie de kwantitatieve methoden naar voren komt. De gevolgen van grote nucleaire ongevallen moeten worden begrepen en dus gedemystificeerd, zodat beleidsmakers niet onder druk worden gezet om na het ongeval draconische maatregelen te nemen die meer kwaad dan goed kunnen doen.

De NREFS-studie werd gepresenteerd in een universitaire lezing die hier kan worden bekeken:

Verlies van levensverwachting

Om de gezondheidseffecten van straling vergelijkbaar te maken met andere bedreigingen voor de gezondheid, waaronder die van luchtverontreiniging, kunnen ze worden gekwantificeerd in termen van verlies van levensverwachting.

Volgens de gangbare radiologische gezondheidswetenschap, zoals geïnterpreteerd door de ICRP (International Commission on Radiological Protection), komt een stralingsdosis van 1000 millisievert (mSv) overeen met een risico van 5,5% om aan kanker te sterven.

Om 1000 mSv in perspectief te plaatsen: de straling die de meeste mensen tijdens hun leven uit de natuurlijke omgeving ontvangen ligt tussen 100 en 700 mSv, en volgens de ICRP is het “waarschijnlijk niet te rechtvaardigen” dat regeringen ingrijpen om de blootstelling van mensen aan dergelijke doses te verminderen (ICRP blz. 117).

Bovendien, als iemand kanker krijgt door straling en daaraan overlijdt, bedraagt het gemiddelde verlies aan levensverwachting tussen 8 en 22 jaar.

Door het bovenstaande te combineren wordt het verlies aan levensverwachting ten gevolge van een stralingsdosis van 1000 mSv berekend op ongeveer 9 maanden.

Dat wil zeggen: een groep mensen die aan 1000 mSv straling is blootgesteld, zal naar verwachting – gemiddeld – 9 maanden korter leven dan hun leeftijdsgenoten die niet aan die dosis zijn blootgesteld.

Het blijkt dat de maximale stralingsdosis die mensen buiten een straal van een paar kilometer van de centrale kunnen oplopen na een kernramp in het ergste geval in een hedendaagse kerncentrale en ervan uitgaande dat zij niet worden verplaatst, toevallig ook ongeveer 1000 mSv bedraagt, geabsorbeerd tijdens een leven lang wonen in de “onbewoonbare” zone.

Dus dat is het: een kernramp – in het slechtste geval – verkort de levensverwachting met 9 maanden.

Dat is niet cool.

We moeten kernrampen vermijden.

Maar zijn ze gevaarlijker dan luchtvervuiling?

Is onze angst om in de fall-out zone van een kernramp terecht?

Luchtvervuiling

Buitenluchtvervuiling doodt jaarlijks ongeveer 4.200.000 mensen, een aantal dat gelijk is aan de helft van de bevolking van New York City, VS.

9 van de 10 mensen ademen wereldwijd vervuilde lucht in en de Wereldgezondheidsorganisatie waarschuwt dat dit letterlijk onze gezondheid vernietigt.

93% van de kinderen in de wereld ademt vervuilde lucht in, waaraan jaarlijks 600.000 kinderen overlijden.

Dit gebeurt overal ter wereld, in alle steden, niet alleen in de ontwikkelingslanden.

Gemiddeld verliest de hele mensheid 1,8 jaar levensverwachting door luchtvervuiling. Dat is twee keer zoveel als mensen die midden in de fall-outzone van een nucleair ongeval wonen, zouden verliezen als ze de moed hadden om te weigeren zich elders te vestigen!

Laten we de grimmige statistieken over luchtvervuiling eens vergelijken met de conclusie van de NRC, die hierboven al werd opgemerkt …

De geanalyseerde [ernstige nucleaire] ongevallen zouden vrijwel geen onmiddellijke doden veroorzaken en slechts een zeer, zeer kleine toename van het risico op kankersterfte op lange termijn.

… en met de gevolgen van de kernramp in Fukushima, zoals gerapporteerd door de Wereldgezondheidsorganisatie.

Vanuit een mondiaal gezondheidsperspectief zijn de gezondheidsrisico’s die rechtstreeks verband houden met blootstelling aan straling laag in Japan en uiterst laag in de buurlanden en de rest van de wereld.

Showdown: Radioactieve neerslag van nucleaire ongevallen versus luchtverontreiniging

De effecten van conventionele luchtvervuiling en radioactieve vervuiling als gevolg van de kernongevallen in Tsjernobyl en Fukushima kunnen samen worden gevisualiseerd op een wereldkaart.

Vergelijking van verlies van levensverwachting door nucleaire ongevallen en door luchtvervuiling. Grafiek gemaakt door het combineren van informatie uit de Air Quality Life Index.

Conclusie

Veilig voelen en veilig zijn kunnen heel verschillende dingen zijn en nergens is dat duidelijker dan bij kernenergie en straling.

We moeten echter leren onze angsten om te buigen, want we kunnen het ons eenvoudigweg niet veroorloven onze mondiale klimaat- en energieproblemen op te lossen zonder meer kernenergie te gebruiken, en kernenergie kan alleen efficiënt worden ingezet in samenlevingen die zich bewust zijn van de opmerkelijke veiligheid ervan, zelfs in het geval van een ernstig ongeluk.

Ik ben niet ingegaan op de vraag hoe moderne centrales veel veiliger zijn dan oude centrales, of dat de toekomstige “Generatie IV”-centrales nog veiliger zijn, maar ik hoop dat u hebt gezien dat potentiële kernrampen, zelfs in de huidige centrales, niet alleen hoogst onwaarschijnlijk zijn, maar ook objectief veilig zijn in vergelijking met het veel grotere huidige risico van luchtverontreiniging.

Dank u voor het lezen tot zover, en verspreidt u alstublieft de boodschap!

Niet meer tegen kernenergie zijn is geweldig, maar het is niet genoeg. We moeten opkomen voor kernenergie en onze landgenoten en de traditionele milieugroepen aansporen om het holistische gebruik van civiele kernenergietechnologieën te omarmen. Vraag je milieuorganisatie om kernenergie te (her)overwegen, of zoek een pronucleaire voorstander of belangengroep die je aanstaat en steun hen!

Author